zondag 12 augustus 2012

Etappe 20

Vandaag wordt ons pas echt duidelijk wat de uitdaging van de meseta is. Vanuit Carrión de los Condes is het 17 kilometer naar het volgende teken van leven. Het landschap is een uitgestrekte vlakte met akkers en omgeploegde aarde. Af en toe is er een klein oasetje gecreëerd met bankjes en schaduw. Maar buiten dat komen we eigenlijk niets tegen.

De eerste 10 kilometer zijn goed te lopen: we zijn nog fris en houden de moed erin. Maar dan pakt de meseta je. Je gaat in je hoofd uitrekenen hoe ver je nog moet lopen en dat valt altijd tegen. Het is inmiddels warm en er komen een aantal lichte heuvels die ons het uitzicht ontnemen. Elke keer dat we over de heuvel lopen valt het weer tegen: wéér geen dorpje. Enige lichtpuntje: halverwege staat er een práchtige steeneik waar wij niet voorbij kunnen lopen zonder er even onder te zitten voor een broodje en water.

Uiteindelijk doemt Calzadilla de la Cueza dan toch plotseling op. Het ligt in een klein dalletje, waardoor het pas zichtbaar is als je de eerste straat binnenloopt. Bij de enige bar doen we ons tegoed aan een groot glas cola en een schaal olijven. Daarna lopen we nog 6 kilometer door naar Lédigos, waar veel pelgrims stoppen. Wij besluiten nog 3 kilometer door te lopen naar Terradillos de los Templarios (mooie naam!).

Het reisgidsje beschrijft de dorpjes als een 'lemen treurnis' en niets is minder waar. De huisjes zijn simpel en grauw, en het is dood op straat. Er zijn geen voorzieningen naast de herberg.

De herberg is dan wel weer een oase in de treurnis, met een mooie tuin (groen gras! Wanneer zagen we dat voor het laatst?) en een stuk of negen kittens. Er is een klein winkeltje met een chagrijnige medewerkster waar we kaas, brood en wijn kopen voor het avondeten. We slapen in mooie stapelbedden met een aantal vriendelijke Spanjaarden op de kamer. 's Avonds spreken we nog even met de Franse Francesca en daarna kruipen we snel in bed.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten