vrijdag 27 juli 2012

Etappe 10

Vandaag hebben we ´slechts´ 18 kilometer hoeven afleggen. De etappe is niet heel erg interessant en we zijn blij als we de stad inlopen. Ons reisgidsje waarschuwt ons voor lelijke buitenwijken en spreekt van ´een teleurstelling vanwege een verschrikkelijke aankomst´ (de schrijvers wonen vast in een hutje op de hei, bij elke stad of autoweg zijn de hyperbolen niet van de lucht). Wij vinden het allemaal wel meevallen, bovendien is een stad voor ons een punt om op te laden en een keer normaal boodschappen doen.

De herberg is eenvoudig maar zeer gastvrij (of gastvriendelijk, zoals Noor het graag noemt). Bij binnenkomst staat er fruit en koud water klaar voor de oververhitte pelgrim. Nadat we twee van de 90 bedden hebben geconfisqueert, trekken we het dorpje in en trappen we wéér in de siësta. Alles is dicht tot vijf uur.

Later ontmoeten we de ouders van Noor, die ons komen opzoeken en op een camping in de buurt staan. Als we een plek zoeken om wat te eten komen we Neil en Mary tegen. We kletsen wat en gaan dan op een terras zitten, waar het na veel moeite lukt om de ober duidelijk te maken dat we geen vlees eten. Uiteindelijk lukt het de ober onze bestelling op te nemen, waarna hij Noor een gerecht met vis voorzet. Ach...

De herber is benauwd, dus we slapen slecht. Omdat we de dag erna een rustdag hebben is dat gelukkig niet heel erg.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten